Ovulatie

Een keer in de vier weken komt er bij een meisje een eicel vrij uit de vagina (ongesteld). De eicel is gevormd in  de eierstok. Dit gebeurd afwisselend in de linker en in de rechter eierstok. Tijdens de rijping van een eicel, komt de eicel terecht in vlies gevuld met vocht, dat , bereid de baarmoeder zich voor op de innesteling van de bevruchte eicel, zodat hij kan uitgroeien tot een kindje.  Alles van de follikel dat overblijft na de eisprong heet het gele lichaam.  Ook het gele lichaam produceert hormonen. Ze zorgen ervoor dat de baarmoederwand slijmvlies aanmaakt, van het slijmvlies wordt de baarmoederwand dikker. Dit is een voorbereiding van een innesteling van een eicel. De eicel kan na de ovulatie nog een dag in leven blijven.noem je de follikel. Het vocht in de follikel beschermd de eicel, maar hij voedt de eicel ook op. Het follikel stimuleert ook de trilhaartjes. De trilhaartjes zorgen ervoor dat de eicel door de  eierstok wordt vervoerd. Hoe meer de follikel groeit, staat hij steeds meer hormonen af. De hormonen beïnvloeden de baarmoederhals en de slijmprop, daar bevinden de hormonen zich ook. De follikel wordt steeds groter totdat hij openspringt. Dit heet eisprong of ovulatie. Na de eisprong komt de eicel in de eileider terecht. Als er een ovulatie heeft plaatsgevonden.